Personeel & Eisen
Werkverantwoordelijken en installatieverantwoordelijken moeten voldoende kennis hebben van elektriche installaties en arbeidsmiddelen en de mogelijke risico's daarvan, op een niveau dat ten minste voldoet aan niveau 4 volgens de Wet educatie en beroepsonderwijs, de WEB.
Toelichting
Niveau 4 wordt in de WEB”een specialisten- of middenkaderopleiding”genoemd en als volgt omschreven: “De beroepsbeoefenaar is een geschoold medewerker en verantwoordelijk voor de uitvoering van het takenpakket en
moet zich daarvoor ook tegenover collega’s kunnen verantwoorden. Hij draagt verantwoordelijkheid betreffende planning en/of administratie en/of beheer en/of ontwikkeling. Verder combineert of bedenkt
hij nieuwe procedures. De werkzaamheden worden meestal zelfstandig en zonder toezicht verricht. Een gebruikelijke benaming van zijn functie is: technicus.”
Een ieder die binnen uw organisatie elektrotechnische werkzaamheden uitvoert (ook extern zoals een klusjesman) dient te werken en aangewezen volgens de regels van de NEN 3140. De
installatieverantwoordelijke zal dan tevens werkverantwoordelijke zijn voor deze personen.
Voldoend onderrichte personen zijn personen die, naast werkzaamheden op hun eigenlijk vakgebied, werkzaamheden van beperkte omvang en van beperkt risico aan elektrische
installaties uitvoeren. Dit kunnen zowel bedieningswerkzaamheden als elektrotechnische werkzaamheden zijn.
Het is noodzakelijk deze personen goed te instrueren en regelmatig op hun vaardigheden te toetsen.
Voorbeelden van werkzaamheden die door een voldoend onderrichte personen, na instructie, kunnen worden uitgevoerd zijn:
- het vervangen van lampen
- het spanningsloos maken vóór werkzaamheden en het opnieuw inschakelen na werkzaamheden van elektromotoren
- het aan- en afkoppelen van computers
- het monteren van contactstoppen en leidingen
- het vervangen van contactstoppen aan leidingen
- het aansluiten van verlichtingsarmaturen op aanwezige leidingen
- het inspecteren van elektrische arbeidsmiddelen
- het aanbrengen en verwijderen van smeltveiligheden
In NEN 3140 wordt een methode gegeven om met behulp van specifiek genoemde risicofactoren de tijd tussen twee opeenvolgende instructies te bepalen.
De tijd tussen twee opeenvolgende instructies wordt bepaald door:
- de ervaring van personen
- de aard van de werkzaamheden
- de frequentie waarmee de werkzaamheden worden uitgevoerd
- de letselschade bij falen
- de werkomstandigheden
- de omgeving van de werkplek
- de mate van toezicht
- de mate van verandering van de werkzaamheden
- de ervaring met betrekking tot (bijna) ongevallen
Voor een verdere uitwerking van deze instructies zie bijlage
"Instructie-frequentie medewerkers".
Informatie: